Home > Kroatië > Van Amsterdam naar Tokyo > Reisverslag dag 4
1 mei 2016 - 8 augustus 2016 (100 dagen)
Het is vannacht gaan regenen en het is niet meer opgehouden. De tent blijkt gelukkig waterdicht. Dit hebben we eerder nog niet uit kunnen proberen. Er zit niets anders op dan de tent nat in te klappen. Voor de zekerheid leggen we de slaapzakken in de auto. Vanavond maar proberen de tent weer open te klappen. We rijden terug naar Karlovac en daarvandaan naar de Plitvice meren. Onderweg passeren we verschillende dorpjes. We houden even in als er flink geseind wordt. Even verderop staat een politieagent met een laser. Wij mogen doorrijden. Bij de entree bij de Plitvice meren is het druk met toeristen. Velen zijn gekleed in doorzichtige poncho's. De verkoper hiervan doet vandaag goede zaken. Het regent zo nu en dan. In het park liggen prachtige watervallen en meren. Door de regenval van de laatste dagen staat het water hoog en zijn de meeste paden naar beneden afgesloten wegens gladheid. In de middag rijden we via de smalle kuststrook van Kroatië naar het zuiden. De tolweg is een prima en vooral erg rustige weg. Zo leggen we snel wat kilometers af. Wel moeten we af en toe oppassen voor windstoten bij viaducten. Rond half vijf naderen we de grens met Bosnië en Herzegovina. De juffrouw in het loketje kijkt wat bedenkelijk naar de auto. Wat is dat op het dak? Vraagt ze wijzend naar onze tent. Ze gebaart ons te parkeren en de auto moet open. Na wat vragen over wat wat is kunnen we door. We zwaaien vriendelijk naar de tweede beambte in het volgende hokje en willen doorrijden. Dit is niet de bedoeling. Hij moet nog controleren of wij wel een stempeltje hebben gekregen bij het eerste loket. Honderd meter verder bij de Bosnische grens gaat het precies zo.
Waar gaan jullie heen? Het antwoord naar Tokyo lijkt de man niet te begrijpen. In Bosnia! Vraagt hij nors opnieuw. Zijn vrouwelijke collega spreekt Engels. Als zij hem uitlegt dat wij op weg zijn naar Tokyo, moeten ze beiden lachen. Wij mogen door. Het Bosnische straatbeeld ziet er opvallend armer uit in vergelijking met Kroatië. Her en der zie je nog beschadigde huizen staan uit de Balkan oorlog. Aan het landschap kan het niet liggen. De natuur is prachtig. De weg glooit tussen de heuvels en bergen door. Voor vanavond hebben we een hotel met uitzicht op de oude stad van Mostar. De navigatie stuurt ons het oude centrum van de stad in. Als we praktisch bij de oude en beroemde brug van Mostar staan zouden we bij het hotel moeten zijn. We kunnen het niet vinden. Een mevrouw in een winkeltje belt met het hotel. Blijf hier zegt ze, er komt iemand aan. Even later stapt een man bij ons in de auto. Hij wijst de weg naar het hotel. Wij bleken er al voorbij te zijn. Omdat Mostar vooral éénrichting wegen kent is het lastig terug te keren. Het hotel is prachtig met mooie kamers en het ligt pal in de oude stad. Vanuit het hotel wandel ik zo naar de oude brug, de Stari Most. De brug is in 1557 gebouwd over de rivier de Neretva. De schemer valt al langzaam over Mostar.