Home > Iran > In de voetsporen van Marco Polo > Reisverslag dag 24
28 april - 1 juli 2012 (65 dagen)
Als we zo'n twee uur vanaf Shiraz rijden, nemen we de afslag naar Pasargadae. De buschauffeur slaat een zijweg in. Het is dan nog acht kilometer naar de oude archeologische site. Al van verre zie ik de tombe van Cyrus liggen. De archeologische site Pasargadae is 500 jaar voor Christus ontstaan. Cyrus liet hier een paleis bouwen. Restanten van het paleis en de citadel zijn nog te bezichtigen. Het best bewaard gebleven is de tombe van Cyrus zelf. Ik loop om het grafmonument heen van zo'n tien meter hoogte. Enkele honderden meters verder ligt het voormalige paleis. Ik bekijk de funderingen. Veel staat er niet meer overeind.
De fundering van het paleis biedt weinig beschutting. Ik merk nu pas hoe warm het is. De zon brandt met volle kracht. Als laatste bezoek ik de citadel. Een heuvel aan het einde van de vallei gevormd door grote steenblokken. Waarschijnlijk heeft vroeger op de heuvel een deel van de oude stad gestaan. Na het bezoek aan de site ga ik verder richting de woestijnstad Yazd. Onderweg zie ik eindeloze woestijnen. De weg loopt er kaarsrecht doorheen. Ik bedenk dat je midden in deze woestijn absoluut geen lekke band wilt krijgen. Bij een boerderij langs de route is de lunchstop. Met een waterpomp wordt water opgepompt voor het land. Hierdoor heeft de boerderij een groen landschap. Onder de groene bomen eet ik mijn lunchpakket in de schaduw. De eigenaar komt ons welkom heten. Het is knap om zo'n bedrijf te runnen in zo'n droge omgeving. Naarmate ik dichter bij Yazd kom, hoe meer bergen opduiken. Door de bergen ontstaan ook onderaardse watergangen.
Het water stroomt soms kilometers onder de berglagen door om uiteindelijk bovengronds te komen. Een oaseplaats. Om het water te leiden, zijn in de omgeving verschillende waterputten geslagen. Het water wordt via kanalen naar de stad geleid. Sommige putten zijn wel dertig meter diep. Rond Yazd zie ik steeds meer van deze putten. Deze watervoorziening is de voornaamste reden waarom een stad als Yazd binnen in de woestijn kan voorbestaan. Om vier uur rijd ik Yazd binnen. Het luxe hotel ligt enkele kilometers buiten het centrum. Jammer! De prachtige binnentuin van het hotel maakt dit euvel een klein beetje goed. In de avond breng ik een bezoek aan een optreden van Zurkhaneh. In een voormalig waterreservoir beoefenen mannen deze religieuze sport. Met knotsen zwaaien ze over hun schouders op het ritme van psalmen uit de koran. Het is bijzonder om dit mee te maken, maar ook weer erg toeristisch door de ruim vijftig aanwezigen Japanners. 's Avonds eet ik Bodemjam, de traditioneel gerecht van Yazd met aubergine en kip, in het Silkroad Hotel. Toepasselijk.