Home > Oezbekistan > In de voetsporen van Marco Polo > Reisverslag dag 34
28 april - 1 juli 2012 (65 dagen)
Ik heb vannacht slecht geslapen. Mijn darmen zijn flink van slag. Ik breng verschillende keren op het toilet door. Gelukkig ben ik vandaan nog een dag in Bukhara en hoef ik niet te reizen. Ik laat het ontbijt voorbij gaan. Ik was voornemens om met de bus naar het paleis te gaan buiten het centrum. Ik besluit echter dat het handiger is om in de buurt van het hotel te blijven. Je weet maar nooit. Ik bezoek de twee koranscholen aan het Lyab-i Hauz plein.
Ik wandel door naar de citadel. Ik ga op zoek naar de oude gevangenis. Als ik rechtsaf sla, verlaat ik de reguliere toeristische route. Ik loop in de oude straten van zand en afval. Gammele huisjes staan langs de weg. Kinderen spelen met een bal op de stoffige weg. Bij de hoek van de citadel zie ik de oude gevangenis liggen. Ik klim de trap op en koop een ticket. Als ik door wil lopen, tikt een mevrouw achter me op mijn schouder. Ticketcontrole. Zij scheurt de controlestrook af, precies voor het verkooploket. Ach zo hebben twee mensen werk. Ik ben de enige bezoeker in de gevangenis. Op de binnenplaats bekijk ik enkele oude cellen. Veel stelt het museum allemaal niet voor. De 6,5 meter diepe put wekt bij mij de meeste voorstelling op. Gevangenen werden hier met een touw in gelaten. Ik raak in gesprek met een toezichthouder van het museum.
'Ah Holland', 'Robben en van Persie!'. Voetbal is internationaal. Hij vertelt mij dat Oezbekistan in 2026 of 2030 het wereldkampioenschap voetbal wil organiseren. Ik sluit lachend een deal met hem. Oezbekistan het toernooi, Holland de winst. Ik het park bestel ik een thee. Rond mij zitten veel Oezbeken. Ik kijk naar hen, zij kijken naar mij. Als ik verder loop naar het mausoleum in het park, zoek ik de schaduw op. Het voelt vandaag veel warmer dan de dagen hiervoor. De thermometer op mijn rugzak geeft 32 graden aan. In de zon is het veel warmer. Het Samanid mausoleum dateert uit de 11de eeuw. Het terracotta vierkante bouwwerk is door de jaren regelmatig gerestaureerd. Het reliëf van de muren geeft een mooi schaduweffect in de zon. In ga het kleine mausoleum binnen. Onder de koepel liggen twee tombes. Als ik verder door het park loop, valt het mij op dat het druk is. Het lijkt wel een feestdag. Hele gezinnen lopen in kleurrijke kleding naar het kleine pretpark. Voor het kleine reuzenrad, staat een flinke rij. In de vijver maken jonge koppels een rondje op een waterfiets. Aan de rand van het park bekijk ik nog twee tegenover elkaar liggende madrasses. De Lonely Planet geeft al aan dat de madrasses vaak gesloten zijn.
Als ik een deur open zie staan, waag ik een kijkje. Ik word hartelijk ontvangen door de beheerder. Hij legt me van alles uit, maar wel in de Oezbeeks. Voor een kleine fooi mag ik ook naar het dak van de madrassa. De trap is aan de overzijde. Ik steek de binnenplaats van de zwaar vervallen koranschool over. Grote scheuren lopen door de iwans (toegangspoorten). Via een smalle trap vol brokken steen kom ik op het dak van de madrassa. Ik heb zicht op de binnenplaats. Achter me ligt de stad Bukhara. Bij de oude studentenkamers kan ik de structuur van de koranschool goed zien. Toch gaat mijn aandacht vooral uit naar de grote scheuren en afgebrokkelde muren. Ik kijk zorgvuldig waar ik veilig kan lopen. Hopelijk volgt een succesvolle renovatie al kost dit heel veel werk. 's Avonds eet ik op een ander dakterras in het centrum. Een groot restaurant met prima service. Als de ober verneemt dat ik uit Nederland kom, wil hij alles over Sensation White weten. Al snel merk ik dat hij er nu al veel meer van weet dan ik zelf. Hij is voornemens om over twee jaar Nederland te bezoeken om Sensation bij te wonen.