Italië > Het Como meer

Ik heb prima geslapen. In de kelder van het hotel staat het ontbijt gereed. Na het ontbijt laten we de sleutel in de kamerdeur en trekken de deur achter ons dicht. We stellen de navigatie in op Italië. Nog altijd een rit van ruim acht uur rijden. Het is zaterdag en ook in Duitsland gaan veel mensen dit weekend op vakantie. Rond Frankfurt loopt het verkeer regelmatig vast. Korte oponthouden van enkele minuten. Nadat we afgeslagen zijn richting Basel wordt het drukker. Bij verschillende verkeersknooppunten ontstaan files van enkele kilometers. Geduldig wachten we af. Rond half twee passeren we de grens met Zwitserland. Via Basel rijden we naar Luzern. Voor de Gotthardpas wordt via informatieborden een vertraging gemeld. Dit blijkt mee te vallen. Via de zestien kilometer lange Gotthardtunnel rijden we naar het Italiaanse gedeelte van Zwitserland. Niet veel later rijden we Italië binnen. We passeren de grens in één van de zuidelijkst gelegen gebieden van Zwitserland. Al snel komen we bij de afslag naar Como. Como ligt aan de zuidzijde van het gelijknamige meer. De stad kent een wirwar van kleine straatjes. Gelukkig weet de navigatie de weg. Ten noorden van de stad volgen we de route langs het meer. We rijden van dorpje naar dorpje. Eigenlijk is het één lint aan bebouwing. Regelmatig passeren we huizen die zo dicht op elkaar staan dat geen twee auto’s elkaar kunnen passeren. Het is goed opletten en rekening houden met het tegemoetkomend verkeer. Bij iedere bocht opnieuw. Links van ons zien we het blauwe water van het Como meer liggen.

Italië - Het Como meer gezien vanuit Nesso

Samen met de dorpjes aan de overzijde van het meer, een mooi gezicht. Tegen zes uur rijden we Nesso binnen. Een historisch plaatsje aan de rand van het meer. We volgen de smalle weggetjes in het dorp. Doordat het dorp tegen de steile helling aan gebouwd is, moeten we soms scherpe bochten nemen. We overnachten niet in Nesso. Vanuit Nesso rijden de bergen in via een weg met haarspeldbochten. Hoog boven het meer ligt Zelbio. Hier staat ons hotel. Het openbaar parkeerterrein bij het hotel is vol. De eigenaar vindt het prima dat wij de auto dubbel parkeren. Op het terras bestellen we een drankje. Heerlijk na een lange dag rijden. We besluiten ook in het restaurant bij het hotel te eten. Veel keuze hebben we niet in dit dorpje. We weten eigenlijk niet zeker of er nog andere eetgelegenheden zijn. Het is druk in het restaurant. We schatten in dat hier veel lokale mensen uit het dorp komen. Na het eten wandelen we door de smalle straatjes en doorgangen. Kinderen spelen verstoppertje in de smalle steegjes.