
Home > Nederland > Weekendje Den Bosch > Reisverslag dag 2
16-18 juli 2021 (3 dagen)
Om acht uur melden we ons voor het ontbijt in het restaurant. Een uitgebreid buffet staat gereed. Buiten schijnt de zon. Het belooft een mooie dag te worden om Den Bosch te bezichtigen. Vanuit het hotel rijden we een klein stukje met de auto naar het Transferium De Vliert. Dit parkeerterrein ligt bij het voetbalstadion van FC Den Bosch. Hiervandaan rijden pendelbussen naar het centrum. De bus staat al gereed wanneer we de auto parkeren. Snel lopen we ernaartoe. Nog geen tien minuten later stappen we uit aan de St. Jacobsstraat midden in het historische centrum. Vanaf de bushalte zien we de indrukwekkende toren van de Sint-Janskathedraal al staan. De terrasjes rond de toren worden net opgebouwd. Vanaf het plein, de Parade, zien we pas goed hoe groot de kathedraal is. We besluiten de kerk later te bezoeken. We dwalen eerst door de straatjes. Aan weerszijde van de winkelstraat liggen smalle steegjes. Ieder spannend straatje gaan we in. Hoe smaller hoe leuker. Zo komen we bij de Waterpoort van Den Bosch. De stadsmuur had vroeger drie landpoorten en twee waterpoorten. Alleen deze waterpoort is nog deels intact. Achter de poort begint de Binnendieze. De Binnendieze is een stelsel van kanaaltjes langs de huizen. Vroeger diende het water voor de handel, vervoer maar ook als het riool van de stad. Vijftig jaar geleden wilde de stad af van de stinkende sloten. Gelukkig heeft men besloten het stelsel te behouden en op te knappen. Aan het einde van de middag hebben we een rondvaart door de Dieze geboekt.
De tocht gaat grotendeels onder huizen door die over het water gebouwd zijn. Nu gaan we te voet verder. Bij een andere brug over de Dieze staat de oude houten toegangspoort naar het Groot Ziekengasthuis. Deze poort dateert uit 1661. Tegen elf uur keren we weer terug bij de Sint-Janskathedraal. De Kathedrale Basiliek van Sint Jan Evangelist, zoals de kerk voluit heet, werd in 1366 gebouwd. Oorspronkelijk stond de kerk nog buiten de stadsmuren, maar kwam wel binnen de tweede stadsmuur te liggen. Later werd de kerk in Brabantse Gotische stijl uitgebreid. De oorspronkelijke toren is verhoogd. Op het middenschip verrees een nog hogere toren. Tijdens een blikseminslag in 1584 sloeg de bliksem in de middenoren. De toren brandde volledig af. Veel geld voor herstel was er tijdens de tachtig jarige oorlog niet. Men dichtte het dak door er een koepel op te bouwen. Voor de kerk zijn de dubbele luchtbogen goed te zien. Deze bogen zorgen voor de stevigheid van de gotische kathedraal. Op de bogen staan duivel beeldjes afgebeeld. Dit is uniek voor zo’n kathedraal. We gaan de kerk binnen. Direct links staat het beeld van de heilige zoete Maria. Veel pelgrims komen naar Den Bosch voor dit beeldje. Aan de andere zijde van de ingang staat het 350 kilo wegende doopvont uit 1492. Boven de ingang hangt het orgel.
Het orgel behoort tot één van de mooiste van de wereld. Een beheerder van de kerk wijst op het carrousel in het orgel net onder de klok. Het verbeeldt de lijdensweg van Jezus. Om de paar minuten draait het carrousel. Hij wijst ook op de preekstoel, de eeuwenoude kerkenbanken en het uit hout gesneden altaar retabel met de zes luiken. Om half twaalf ga ik naar de toren. De gids, Bert, leidt een groepje van zes mensen de toren in. Volgens hem gaan vandaag alle boottochten niet door vanwege de hoge waterstand. Ik controleer mijn e-mail en zie tot mijn teleurstelling inderdaad een annulering. Jammer. Via een smalle trap klim ik de eeuwenoude toren in. We passeren het medaillon. Op een grote ronde trom zitten puntjes bevestigd. Zij bepalen hoe de klokken van het medaillon aangestuurd worden. Ieder kwartier speelt een melodie. We zijn net op tijd om het mechanisme in werking te zien treden. Eén etage hoger hangen de klokken. De zwaarste klok is ruim zeshonderd kilo, legt Bert uit. In totaal hangen er elf klokken van verschillende omvang. Bij het slaan van de klok voel je het dreunen in de toren. Weer een etage hoger hangen de kleiner klokken van het carillon. De trommel die we eerder gezien hebben stuurt de klokken aan. Bert weet goed te timen. Er is weer een kwartier voorbij en het carillon speelt een deuntje. Je voelt de klokken trillen na iedere slag. Tenslotte komen we op het plateau bij de wijzerplaten. Bert opent het deurtje naar het buitenplatform.
Ik heb uitzicht over Den Bosch. Het is extreem helder vandaag, vertelt Bert. Je kunt wel kijken tot Geertruidenberg en Zaltbommel. Dit is dertig kilometer verderop. Na het uitzicht klim ik weer naar beneden. Op een terrasje bestel ik een echt Bossche bol. Een flinke soes met chocolade. In de middag volgen we een stadswandeling door de stad aan de hand van de beschrijving van bezienswaardigheden. Het Oranje bastion diende ter verdediging van de stad. In het bastion is een tentoonstelling ingericht over de verdediging van de stad. Een film legt uit hoe de stad verdedigd kon worden. Een interessant verhaal. We volgen de route naar de Bossche Markt. Het stadhuis dateert uit de tweede helft van de 14de eeuw. Aan de overzijde staat het Moriaan huisje. Het oudste stenen huis van de stad. Tegenwoordig is het VVV erin gevestigd. In de Lepelstraat, in de Uilenburg wijk zitten gezellige terrasjes langs de Binnendieze. Hier zou eigenlijk onze boottocht starten. Als alternatief bestellen we een biertje op het terras. Achter ons staat het standbeeld van Zotte Lieve Gerritje. Een legende over een struikrover. We volgen de kade van de Binnendieze. Via de Commandeurspoort sluiten we de wandeling af bij de bibliotheek. We hebben veel bezienswaardigheden van de stad bekeken. In de smalle Korte Putstraat zitten volop restaurantjes. Het eenrichtingsverkeer voor voetgangers komt niet uit de verf. Dit wordt massaal genegeerd. Op één van de terrasjes bestellen we iets te eten. Een leuke afsluiting van de dag. Om half zeven stappen we weer in de bus terug naar het P&R terrein. Met de auto rijden we vervolgens terug naar het hotel.