Home > Italië > Stedentrip Napels > Reisverslag dag 1
14 - 17 februari 2019 (4 dagen)
Het taxibusje komt even voor half tien voorrijden. De chauffeur helpt om de koffers in te laden. Met zijn achten gaan we op weg naar Schiphol. Eerder vanochtend was er een groot ongeluk gebeurd op de weg naar Schiphol. Kilometer lang stond er file. Gelukkig is de snelweg nu weer open. Het is nog wel druk op de weg, maar de file is voorbij. We zijn al ingecheckt en hebben allemaal handbagage bij ons. We kunnen hierdoor in één keer door lopen naar de douane. De vlucht naar Napels vertrekt vanaf de M-pier. We bestellen koffie bij een van de aanwezige winkeltjes. Wanneer we bij de gate aankomen, blijken we niet de eerste passagiers te horen. Op zich niet erg, alleen blijken onze koffertjes niet meer mee te kunnen als handbagage. De koffers krijgen alsnog een label en verdwijnen in het ruim. Kort daarna stijgt het vliegtuig van Easyjet op. Het is mooi weer. Onder ons zien we Hoofddorp, Almere en het Gooi voorbij trekken. We vliegen zuidwaarts. De sneeuw op de bergtoppen van de Alpen is goed zichtbaar. De witte punten steken mooi boven het landschap uit. Rond half drie zet het vliegtuig de landing in. We zijn in Napels. Vanaf de luchthaven rijdt iedere twintig minuten een pendelbus. Een taxichauffeur geeft aan dat hij onze reisgroep voor dezelfde prijs naar het centrum kan rijden. Hij zet ons dan af voor het hotel. Dit klinkt wel zo aantrekkelijk. Onderweg vertelt de chauffeur over de stad. Links ligt de oude wijk, zegt hij. Verderop wijst hij de universiteit aan en de beroemdste pizzazaak van Napels. Bij het Bed & Breakfast aan de Via Medina stappen we uit. Via een kleine deurtje in toegangspoort komen we op een binnenplaats.
Een antieke lift leidt naar de derde verdieping. De lift treedt in werking met een tien cent muntstuk. Op de derde verdieping is de receptie gesitueerd. We worden onthaald met koffie. De kamers zijn prima en de B&B ligt pal in het centrum. Een prima locatie. Vanuit het hotel lopen we de stad in. Het is druk op straat. Auto’s toeteren en scooters rijden tussen het wachtende verkeer door. Iedereen keert terug van het werk. We lopen naar de oude wijk, achter de universiteit. De smalle straatjes ogen oud en vervallen. Overal is graffiti gespoten. Dit stukje van de stad ziet er niet aantrekkelijk uit. Bij de doorgaande weg vinden we een terrasje. Hier bestellen we het eerste biertje. De zon is verdwenen achter de gebouwen. Het voelt direct frisser. We wandelen verder de oude stad in. We gaan op zoek naar een gezellig restaurant. Door de reis hebben we best trek gekregen. Italianen zijn gewend later op de avond te eten. Hierdoor zijn sommige restaurants nog gesloten. In de straatjes waar we nu wandelen is meer leven op straat. De winkeltjes zijn meer gericht op toeristen. We strijken neer in een pizzeria. Napels en pizza’s horen nu eenmaal bij elkaar. Na het eten sluiten we de avond af met een wandeling door de stad. Op de pleinen staan jongeren bijeen. Sommige drinken bij een terras. Anderen nuttigen hun eigen drank naast een standbeeld. Via het Castel Neuvo komen we bij de zee, de Golf van Napels. De jachthaven ligt er in het donker rustig bij. Na het laatste drankje in een café, gaan we om elf uur naar bed.