Home > Nieuw-Zeeland > Fiji en Nieuw Zeeland > Reisverslag dag 33
28 december 2018 - 2 februari 2019 (39 dagen)
Dunedin was eind negentiende eeuw een welvarende stad. Door de vele goudzoekers in die tijd was de stad lange tijd de belangrijkste stad van het Zuidereiland. Het centrum wordt gevormd door het Octagon. Een achthoekig plein ontworpen door de Britse Charles Kettle. Rond het plein staan de oude handelshuizen. In de meeste panden zijn tegenwoordig restaurants gevestigd. Op veel gevels staat nog aangegeven waar het gebouw vroeger voor diende. Ook de St Pauls Cathedral en het stadhuis liggen aan het plein. Via het met Oamaru bakstenen gevormde Law court komen we bij het stationsgebouw van Dunedin. Het opvallende gebouw werd in 1906 geopend. Dit is zeker het mooiste stationsgebouw van het land. Dunedin is per spoor verbonden met Invercargill en Christchurch. In de First Church of Oatgo, een statige kathedraal uit 1864, is net een dienst bezig.
Een oudere meneer bij de ingang nodigt ons uit om de kerk vanmiddag te komen bezoeken. Dit doen we niet. We rijden naar Tunnel beach, enkele kilometers ten zuiden van Dunedin. Hier groef Edward Cargill in de negentiende eeuw een tunnel door de kalksteengrotten om zijn gezin een doorgang te geven naar het prachtige strand. We parkeren de auto en volgen het wandelpad naar de rotsachtige kust. Het pad daalt flink. Vanaf het pad heb ik al zicht op de rotsen rond Tunnel beach. Een rots is in een boog gevormd. Het zeewater stroomt er krachtig onderdoor. Beneden aangekomen zie ik de smalle opening van de tunnel. Een uit de rotsen gehouwen trap leidt naar het lager gelegen strand. De kleine baai is overwegend gevuld met rotsblokken. Bij eb komt het zand tevoorschijn en is het een prachtige beschutte locatie. In de namiddag hebben we een wildlife tour geboekt naar het Otago schiereiland. Omdat de tour tot in de avond duurt, besluiten we nu alvast te gaan eten in een van de restaurantjes in het centrum. Om half vier pikt Tony ons op bij het hotel. Samen met acht andere toeristen rijden we naar het schiereiland. We beginnen helemaal op de punt bij de albatrossen. Terwijl we langs de kust over het eiland rijden, stopt Tony enkele keren om vogels aan te wijzen in het water. Vooral de schoenlepelelaar, de zwarte zwaan en de steltloper zwemmen in het water. Bij het bezoekerscentrum bij Taiaroa head, gaan enkele reisgenoten naar binnen om de albatrossen van dichtbij te bekijken. Wij hebben hier niet voor gekozen. Tony neemt ons mee naar het uitkijkplatform. De wind is gunstig vandaag, legt hij uit. De albatrossen vliegen via deze kant terug naar hun nesten. Het duurt ook niet lang of de enorme vogels vliegen over. De spanwijdte van de vleugels kan een breedte bereiken van drie meter. Met deze vleugels zeilen de vogels in de wind. Ze kunnen wel honderden kilometer per dag afleggen, vertelt Tony. Er vliegen tientallen albatrossen over.
Het is bijna niet voor te stellen dat deze groep albatrossen bedreigt wordt in hun voortbestaan. Na ongeveer een uurtje rijden we verder met het busje naar de oostzijde van het schiereiland. Bij Papanui beach ligt een privé strandje, dat alleen door de tourorganisator gebruikt wordt. Wanneer we aan komen rijden zie ik beneden op het strand de zeeleeuwen al liggen. De Nieuw Zeelandse Seelion is een bedreigde diersoort. Er leven nog maar enkele duizenden zeeleeuwen. Op het strand liggen enkele volwassen mannetjes te rusten, terwijl de jonkies met elkaar stoeien. Nieuwsgierig houden ze ons in de gaten wanneer we aan komen lopen. Een volwassen zeeleeuw kan drie meter groot worden en een gewicht bereiken van 400 kilo. Aan de andere kant van het strand zie ik pinguïns lopen. Het zijn de zeldzame Geeloog-pinguïns. Voorzichtig lopen we door de duinen naar ze toe. In tegenstelling tot de zeeleeuwen, zijn de pinguïns bang voor, mensen. Als we ze storen, keren ze terug naar zee. Hierdoor kunnen ze eventuele kleintjes niet voeden in de nesten in de duinen.
Vanuit een speciale kijkhut kunnen we de pinguïns veilig bekijken. Meerdere pinguïns staan op het strand of net in de duinen. Vanuit zee komen nieuwe pinguïns aangezwommen. Tony geeft aan dat hij zelden meer dan tien pinguïns bij elkaar ziet op dit strand. Uniek. Wanneer een zeeleeuw zich uit rekt, rennen enkele pinguïns snel terug naar zee voor hun veiligheid. Loos alarm. De zeeleeuw gaat weer liggen. Even later keren de pinguïns weer terug. Als laatste bezoeken we de zeehonden. Op de rotsen aan de andere kant van de baai liggen tientallen zeehonden. Overal lopen jonge zeehonden rond. Sommige spelen in een waterpool. Andere blijven veilig bij hun moeder. Tony legt uit dat de kleine zeehonden hier blijven tot ze volgroeid zijn. Dit kan wel een jaar duren. Hier zijn ze veilig. Tony rijdt ons weer terug naar het hotel. We sluiten de avond af met een drankje in de bar.